WESTFRIESLAND – De gemeenten Drechterland, Enkhuizen, Koggenland, Medemblik, Opmeer en Stede Broec zetten de samenwerking voort op het gebied van het bibliotheekwerk in de regio West-Friesland. Op dinsdag 30 november ondertekenden de zes Westfriese gemeenten een nieuw convenant met de Stichting Westfriese Bibliotheken voor 2022-2025. Het is voor het eerst dat het convenant voor vier jaar is ondertekend.
Vertrouwen
In verband met de coronamaatregelen kwamen de betrokken partijen op 30 november digitaal samen om het convenant te ondertekenen. De zes Westfriese gemeenten en de Stichting Westfriese Bibliotheken sloten al twee keer eerder een tweejarige convenant af. Die samenwerking is goed bevallen. De gemeenten hebben vertrouwen in de bibliotheek en verwachten de komende jaar geen wijzigingen in de koers die ze willen varen. Daarom werd het convenant deze keer voor vier jaar getekend. De komende jaren kan de bibliotheek zich daarmee in alle rust verder ontwikkelen.
Belangrijke maatschappelijke partner
Joset Fit, wethouder van gemeente Medemblik en bestuurlijk trekker van het convenant is blij met de samenwerking: “De corona crisis heeft onderstreept dat de bibliotheek een belangrijke maatschappelijke partner is. De bestelbieb is daar een goed voorbeeld van. Bij het bezorgen van de boeken aan huis, was ook altijd ruimte voor een praatje. Maar ook in de aanpak van laaggeletterdheid zien wij, als Westfriese gemeenten, een belangrijke rol voor de bibliotheek als maatschappelijke partner”.
Stijgend ledenaantal
In een tijd waarin het ledenaantal van bibliotheken op landelijk niveau daalt, laat het ledenaantal van de Westfriese Bibliotheken een groei zien. Chantal Trigallez, directeur-bestuurder van Stichting Westfriese Bibliotheken is trots op deze prestatie: Dankzij vernieuwing van onze activiteiten en het snel inspelen op de lokale maatschappelijke vraag ontdekken steeds meer inwoners wat de Westfriese Bibliotheken in bredere zin voor ze kan betekenen. Binnen de bibliotheken vind je perspectief. Het convenant met de zes gemeenten biedt ons inhoudelijk en financieel een goede basis om verder te ontwikkelen. We zien uit naar de voorzetting van de samenwerking”.